Binnen het Kleuren Turnen worden diploma’s geboden voor de lagere niveaus om de ontwikkeling in kaart te brengen. Dat betekent dat een vereniging een Diploma Turndag zal moeten organiseren. Net als een (onderlinge) wedstrijd, betekent ook dat bij een Diploma Turndag het een en ander moet worden voorbereid.

Het grote verschil is echter, dat er niet noodzakelijk “officiele” juryleden voor nodig zijn én de turn(st)ers geen oefening uit hun hoofd hoeven te leren.

De turn(st)ers tonen omstebeurt hun elementen aan “de jury”. De elementen staan op de diploma’s en corresponderen met de lesdoelen van de beweegniveaus. De jury hoeft geen aftrekken te bepalen, de moeilijkheid van de oefening uit te rekenen of met steno-schrift mee te schrijven. Dat betekent dat de train(st)ers en assistent-trainsters ook de elementen kunnen beoordelen. Het gaat tenslotte niet om een eindcijfer of om winnen. Het in kaart brengen van de individuele ontwikkeling staat centraal.

Op het Diploma wordt per element aangegeven of de turn(st)er het element:

  1. Nog niet beheerst;
  2. Of met hulpverlenen kan;
  3. Of zelfstandig uit kan voeren;
  4. Of zelfstandig en goed gecontroleerd uit kan voeren;
  5. Of zefstandig, goed en zelfs mooi kan uitvoeren.

Oftewel, een Diploma Turndag kan meer een verlenging worden van de reguliere turnlessen, waardoor er minder voorbereiding voor nodig is dan bij een (onderlinge) wedstrijd. Das handig!